Zo. Paul Jansen legt de zaak-Mauro even uit in De Telegraaf. Verplichte leeskost.
------------------------------------------------------

Mauro Manuel was tien jaar toen hij door zijn familie op het vliegtuig naar Nederland werd gezet. Hij werd hier opgevangen door zijn oudere zus, die net als enkele broers reeds in ons land verbleef. Na een halfjaar bracht zij hem naar de politie en vertrok met de noorderzon. Op het politiebureau vroeg het achtergelaten kind asiel aan.

Het feitenrelaas, zoals beschreven in een vonnis van de Haagse rechtbank van vorig jaar, bewijst op z’n minst één ding: de familie van Mauro wist dat ons land geen alleenstaande minderjarige asielzoekers uitzet. Hoewel zijn asielaanvraag al in 2003 was afgewezen, mocht de Afrikaanse jongen dus tot zijn achttiende blijven. Hij werd ondergebracht bij een pleeggezin, ging naar school en belde volgens het rechtbankverslag een tot twee keer per maand met zijn moeder in Angola.

Als Mauro al ergens voor staat, dan is het niet voor zielige minderjarige asielzoekers die door een hardvochtige overheid worden gepakt, maar voor een humane opvang van jonge gelukszoekers, wier toekomst door de eigen familie op het spel is gezet. Waar het misgaat, is als zo’n kind volwassen wordt. Dan blijkt de keerzijde, het uitzettingsbeleid, te falen. Want hoe is het mogelijk dat de Nederlandse pleegouders tweeënhalf jaar (!) na de definitieve afwijzing van de asielaanvraag doodleuk een nieuwe procedure voor een reguliere verblijfsvergunning konden starten?

Eigenlijk zouden alle Kamerleden de uitspraak van de Raad van State, de hoogste bestuursrechter van ons land, nog eens verplicht moeten lezen. Want de emotionele, en soms ronduit hysterische uitlatingen van afgelopen week staan in geen verhouding tot de feiten. Demagoogjes zoals Tofik Dibi van dubbelemoraalpartij GroenLinks zijn waarschijnlijk reddeloos verloren, maar zelfs een goed Kamerlid als SP’er Sharon Gesthuizen of PvdA’er Hans Spekman raakte de weg in het debat kwijt. Spekman vroeg zich hardop af hoe mensen die Mauro willen uitzetten, „zichzelf in de spiegel kunnen aankijken om zo’n jongen, die hier zo thuis is, die hier zo past”.

Spekman is kennelijk vergeten dat zijn eigen partijgenoot, PvdA-staatssecretaris Nebahat Albayrak, in 2009 het verzoek om een reguliere verblijfsvergunning van Mauro afwees, net als het daaropvolgende bezwaar. Nu wordt de zaak door de linkse oppositie in de schoenen van de PVV geschoven. D66’er Gerard Schouw spreekt van de „gijzelende werking van het gedoogakkoord”. Dat terwijl de dreigende uitzetting simpelweg het gevolg is van beleid van eerdere kabinetten.

In dat licht bezien is het optreden van de CDA-dissidenten Kathleen Ferrier en Ad Koppejan bizar. Zij zaten nota bene beiden ook al in de Kamer toen Albayrak de verzoeken van Mauro afwees, maar gaven destijds geen kik. Nu het beeld is ontstaan dat de jongen moet vertrekken door toedoen van Geert Wilders, zijn de rapen gaar. De vraag is dan hoe het zo ver heeft kunnen komen.

Duidelijk is dat er een totaal gebrek aan regie is geweest op deze zaak. Het CDA had de kwestie nooit drie dagen voor het partijcongres in de Kamer aan de orde moeten laten komen, en toen het eenmaal in het nauw was gedreven nooit een motie moeten indienen zonder dat het zich had vergewist van voldoende steun bij andere partijen. Een andere fout is geweest dat de kwestie van tevoren kennelijk onvoldoende is verkend, noch door politiek assistenten, noch door het CDA-fractiebestuur. Het duidt op organisatorische chaos bij de christendemocraten.

Natuurlijk speelt de stroeve relatie van verantwoordelijk minister Gerd Leers met de PVV ook een rol. Het onhandige optreden van de bewindsman rond zijn interview in een partijblad, waarin hij migratie een verrijking voor de samenleving noemde, was het begin van terugkerende wrevel tussen hem en Wilders, waarmee Leers zijn speelruimte onnodig heeft verkleind. Doordat de CDA-minister zich na de ruzie over het interview op verzoek van premier Mark Rutte bij Wilders meldde, is bovendien het beeld ontstaan dat hij danst naar de pijpen van de gedoogpartner. Dat beeld wordt nu door de oppositie uitgebuit.

Uiteraard zal de PVV elke uitweg die door het CDA wordt gezocht met argusogen volgen. De partij geeft toch al blijk van groeiend ongemak over de gedoogconstructie, nu de eurocrisis het politieke debat domineert. Zo was het geen toeval dat Wilders zich onlangs plots keerde tegen weigerambtenaren. Dat was een bewuste tik voor de SGP . De PVV vindt dat de gereformeerden vanwege hun sleutelrol in de senaat wel erg veel gedaan krijgen van het kabinet.

Vandaag moet het CDA proberen de rijen te sluiten. Het compromis dat wordt gezocht, een studievisum dat in Nederland kan worden aangevraagd, heeft wel een bijwerking. Het is Ruud Lubbers die achter de schermen, als voorzitter van het asielstudiefonds UAF, een cruciale rol speelt bij het bezweren van deze crisis. Dat verstevigt de positie van deze tegenstander van politieke samenwerking met de PVV, en verzwakt die van zijn tegenstrever vicepremier Maxime Verhagen.

Hoe dan ook, de Tweede Kamer dient zich als medewetgever en controleur van het regeringsbeleid niet in te laten met individuele gevallen. Dat is het domein van de minister, die met de discretionaire bevoegdheid zo nodig de scherpe kantjes van ons asielbeleid kan halen. Dit achterdeurtje heeft de instemming van álle partijen. Maar het vereist wel discretie.

Door zich te bemoeien met deze ene zaak, die volgens Leers niet schrijnend genoeg was voor een verblijfsvergunning, kwam de politiek even dichter bij de burger, maar raakte feitelijk verder van huis. Want er lopen nog duizend anonieme ex-alleenstaande minderjarige asielzoekers als Mauro rond. Voor hen geen voetbalwedstrijdje met Kamerleden, geen geritselde studiebeurs of voor de camera’s geëtaleerde verontwaardiging in een debat. Zij zijn niet in beeld bij de media en mogen daarom van de politici wel worden uitgezet. Dat is eigenlijk het meest beschamende aan deze hele vertoning.

Reply · Report Post